Eens, heel lang geleden, in een land geruïneerd door het bankwezen, leefde een jonge (nou ja, jong? Hij voelde zich nog heel jong) uitgebrande muzikant (velen zullen een dergelijke benaming mogelijk betwisten, dus laat me zeggen dat het een creatieve duizendpoot was die bij tijd en wijlen ritmisch geluid uit muziekinstrumenten wist te persen).
Waarom musiceren?
Hij had twee zoontjes en gruwelijk veel tijd voor handen, aangezien banen in deze duistere jaren, in het koninkrijk waar hij nochtans niet in een paleis resideerde, niet voor het oprapen lagen. In plaats van te labbekakken voor de televisie op zijn afgetrapte bank met een kratje bier in de aanslag (wat uitermate aanlokkend was), wist hij gebruik te maken van de moderne technologieën (waar hij, ondanks de wijdverspreide armoede, toch over kon beschikken) om z’n kennis te vergroten op de momenten dat ie niet te passief was vanwege de depressie. Welke niet alleen het land in z’n macht had, maar eveneens langzaam zich meester maakte over de creatieve duizendpoot, onze held.
Zoals iedere ouder wilde eveneens deze vader niets dan het beste voor z’n kleine ‘mennekes’, zoals hij ze liefkozend op z’n Brabants noemde. Waarbij het voorbereiden op volwassendom en het vergroten van kansen om te slagen in de maatschappij uiteraard belangrijker was dan het tooien in designer kleding of verwennen met handgemaakte skelters welke perfecte gelijkenissen met klassieke Grand Prix winnende Audi’s vertoonde. Maar kinderen laten zich niet graag in een keurslijf duwen en zullen hun eigen weg banen naar de tweede fase in het leven (de fase tussen jong en oud, ook wel het moment van falen genoemd door uitermate cynische komedianten), dus alle pogingen om je kind richting VWO en het universiteit te duwen zullen enkel ontkiemen wanneer het bij het kind in goede aarde valt.
Musiceren maakt slim
Wel, wie die vader is hoef ik vast niet toe te lichten en zeker niet na de volgende zin. Op een dag dat mijn bed meer naar mij lonkte dan de frisse buitenlucht, zag ik een filmpje van Ted Ed over hoe musiceren je hersenen ten goede komt. Ineens werd duidelijk waarom ikzelf zo bijzonder intelligent ben (geworden)… Kuch! Zoals mij al eerder was opgevallen dat andere muzikanten eveneens complexe kwesties sneller doorgronden. Maar ja, Frans Bauer…, zul je denken. Ja, dat dacht ik dus ook! Er zijn blijkbaar grenzen. Per slot van rekening heb je muziek en Muziek, zo concludeerde ik. Dat zou mogelijk relevant kunnen zijn. Zo niet, heeft elke regel een uitzondering nodig om ‘m te bevestigen. Nee, zonder dollen. Het schijnt dus dat bij muziek luisteren al verhoogd hersenactiviteit is. Dus die Mozart baby-cd’s om intellect op jonge leeftijd te stimuleren berust niet op een broodje aap verhaal, maar je mag dus ook gewoon Iron Maiden opzetten om hetzelfde effect te bewerkstelligen. En als het luisteren al een goed effect heeft dan snap ik wel waarom Giel Beelen en andere plaatjesdraaiers zo uit de hoogte kunnen doen.
Maar zelf muziek spelen maakt dus dat zowel de linker als de rechter hersenhelft zich sterk ontwikkelen, maar veel belangrijker het beide hersenhelften beter met elkaar laat communiceren. Wat dus verklaart waarom Giel Beelen wel kritisch kan zijn over muziek, maar qua intellect niet zal tippen aan Frans Bauer! Oké, het is wel heel makkelijk om dergelijke sarcasme te spuwen, dus verder op een wat serieuzere noot. Ik had dit gegeven al eerder vernomen, maar Ted Ed wakkerde het weer aan. En dus zou ik mijn kinderen maar muziekles moeten geven. Zelfs als het proces meer in de richting Frans Bauer neigt. Uiteindelijk Ralf Inbar, in plaats van Albert Einstein, opvolgen mag een mooie carrière genoemd worden én muziek maken is altijd leuk. Althans, dat dacht ik destijds.
Omdat ik, na een noodgedwongen massale verkoop, enkel nog een elektrische basgitaar (zonder versterker) en een piano had, was het duidelijk dat het de piano zou worden waar beiden snotneuzen hun eerste muziekles op zouden krijgen. Niet omdat de basgitaar geen versterker had (en nog steeds niet heeft), maar omdat kinderhandjes nog iets te klein zijn en de armpjes, waar ze aan zitten, te kort om op de basgitaar grepen te doen over de gehele lengte van de hals. Wat wel vervelend is, want ik weet alleen hoe ik aan de hand van een lesboek piano kan aanleren. Uiteraard is dat hartstikke saai en bovendien in strijd met de enthousiaste leraar methodieken die ik afgelopen week aanstipte. Maar ja, er was niets anders voor handen, dus we gingen maar van start met dat boekje.
Zoals ik al vreesde duurde het slechts enkele weken, voordat saaiheid zich meester maakte over m’n voorheen zo enthousiaste ‘mennekes’. Dus toen ik afgelopen week zag dat Bax Shop, de muziekhandel om de hoek (en eveneens online winkel), het startende schooljaar aangreep om een promotionele actie te houden en zogenaamde beginnerspakketten met korting de deur uitknalde, ben ik daar naar binnen gegaan en kocht voor een prikkie een akoestische gitaar. Hierdoor lukt het me wel om op een veel leukere manier de kinderen muziek te leren, omdat ikzelf nooit op een rigide manier heb geleerd om gitaar te spelen. Dit is namelijk een autodidacte onderneming geweest en sommige muzikanten zullen je ook vertellen dat dat wel is te horen aan mijn spel, maar dat neemt niet weg dat er redelijk wat leuke gitaarspelers zijn die ik op een leuke manier op weg heb geholpen. En deze manier lijkt aan te slaan, want beide jongens vragen nu om de haverklap of ze gitaar mogen spelen. Wat van mij altijd mag, want een nieuwe Einstein of Mozart kan de wereld wel gebruiken – Al zal ik, als muzikant, niet alles begrijpen wat een relatief nieuwe Einstein allemaal probeert te vertellen.